Knulletje

Als ik het station uit kom zie ik ze al van verre aan komen lopen, onmiskenbaar mijn ouders: Mijn moeder schuifelend aan de arm van mijn vader, haar steun en toeverlaat. Als altijd zijn ze hartstochtelijk aan het communiceren.

Een beetje verstoord staart ze naar me in de verte. De laatste keer dat ze me op het station ophaalden zei ze constaterend: een knulletje. Hartelijk is de eerste ontmoeting nooit. Maar wel vertrouwd. En ik weet, het ligt ook niet aan mij of aan ons maar aan dat alles nu zwaar is. Haar zere arm, haar complete desoriëntatie.

Ze kan ook ineens zachtmoedig uit de hoek komen. Ze zegt dat ik er prachtig uitzie of dat ik zo precies uit kan leggen wat ik vind. Al is ze zoveel vergeten, onze band vergeet ze niet, die is er.

Geduldig wijst mijn vader de weg en legt alles honderd keer uit. Eindeloos, de hele dag door. ‘Ik heb veel leraren in mijn leven gehad’, vertelde hij. ‘Me in Joodse mystiek verdiept, les gehad van Juffrouw Hofmans, Dzogchen... En Hanneke is nu mijn leraar.

Deze ziekte heeft alles veranderd. Ik kan niet anders dan met haar zijn in het nu.’

124171498_2836527133290358_4911507970744472822_n.jpg